“Ik tel mijn zegeningen”

Jan Welters (83) woont sinds november 2023 in een zorg appartement op Kloosterhof van Vivent Berlerode in Berlicum. Zijn vrouw Annemarie heeft dementie en woont apart van Jan, ook op Berlerode. “We zien elkaar een keer per week”, vertelt Jan. “Ze herkent me nog wel, maar vaker bezoeken gaat niet, want dan raakt ze vanwege haar gezondheidssituatie van streek.”

“Hoe mijn dagen eruitzien? Nou, dan moet ik eerlijk zijn, die zijn soms best een beetje ‘langweilig’. Haha, ja dat is Duits voor ‘saai’. Ik ben Duits georiënteerd, heb lang in Limburg gewoond en kwam voor mijn werk, ik was financial controller, veel in Duitsland.
Om in mijn eentje te gaan wandelen, daarvoor sta ik te onzeker op mijn benen. Maar ik heb een fijne buurman, een paar deuren verderop, en die gaat regelmatig met mee. Verder kijk ik graag quizzen op tv, lees het plaatselijke nieuws in de lokale krantjes en ga naar de dagbesteding. Om een potje te kaarten of een spelletje te spelen. Gezellig, want dan heb je wat aanspraak met anderen.” Lacht: “Ze hebben het dan wel vaak over ‘ken je d’n dieje of ‘d’n dieje’ over mensen uit het dorp. En ik ben natuurlijk van oorsprong niet van hier, maar goed ik vermaak me dan verder prima.”

Tijd voor elkaar
Jan en Annemarie hebben twee zonen: Ron, die woont in Berlicum en Ruud uit Cromvoirt. “Ik vind het fijn als ze op bezoek komen. Dan drinken we een kop koffie en praten lekker Limburgs met elkaar. Het bloed kruipt toch waar het niet gaan kan! Ik denk dan wel vaak aan Annemarie. Vroeger had je soms weinig tijd voor elkaar, vooral omdat ik een drukke baan had. Dan word je ouder, heb je alle tijd voor elkaar en dan krijgt je vrouw dementie en lukt het niet meer om met elkaar te communiceren. Daar heb ik het wel eens moeilijk mee; oud worden is niet altijd gemakkelijk.”

“Maar ik tel mijn zegeningen”, gaat hij verder. “De zorg van Vivent bijvoorbeeld is geweldig! Elke morgen komt Anja of Joyce me helpen met wassen, aankleden, mijn katheter en het ontbijt. Ze geven me dan ook mijn medicatie voor epilepsie en het hart. In de middag is er in de gemeenschappelijke ruimte warm eten. Heel gevarieerde, altijd lekker, echt heel goed. ’s Avonds krijg ik een broodmaaltijd op mijn kamer en maken ze me klaar voor de nacht. Het zijn bijna altijd dezelfde mensen die me helpen, heel fijn en gezellig; zo krijg je een band. Ik heb het goed hier!”