“Ieder mens is anders”
Op Sprokkelbosch en ’t Ven in Vivent Mariaoord wonen 41 mensen met niet aangeboren hersenletsel (NAH). Voor hen is structuur en een vaste dagindeling erg belangrijk. “Wij bieden dat”, zegt hbo-verpleegkundige Rosan van Ballegooij (26). “Daarbij is ieder mens anders. Dat vraagt om een persoonlijke benadering. Daar ligt onze kracht.”
Divers
Sprokkelbosch en ’t Ven zijn sinds kort één afdeling. Bewoners vormen een diverse groep. In leeftijd (van 48 tot 86 jaar) en in ziektebeeld. Ook de oorzaken van hun hersenletsel zijn verschillend. “Maar”, vertelt Rosan, “vaak gaat het om een hersenbloeding of -infarct, een ongeval met hoofdletsel of zuurstoftekort na verdrinking of reanimeren.” Wat ze daarnaast ziet bij bewoners is bijvoorbeeld verlamming van een lichaamsdeel, moeite met taal of spreken (afasie) of slecht zien. Rosan: “En elke bewoner heeft eigenlijk wel moeite met het verwerken van prikkels. Dat is dus een belangrijk aandachtspunt bij de zorg die wij verlenen.”
Veel te doen
De dag begint met hulp bij de persoonlijke verzorging. Vervolgens ontbijten de bewoners in de gezamenlijke huiskamer. Daar zijn ook altijd de lunch en het diner. Rosan: “Wat de dag zoal brengt? Allerlei activiteiten in de recreatieruimte. Denk aan dansen, jeu de boules, een hobbyclub, een kookclub. Of wandelen, onder een-op-een begeleiding of met een groepje in de wandelclub. Een bezoek aan de fysiotherapeut, ergotherapeut, logopedist, diëtist, psycholoog of geestelijk verzorger. En daarnaast gaan we ook zwemmen. Of met het busje naar de Helftheuvel of restaurant de Likkepot, voor koffie en gebak. Gezellige uitjes zijn dat altijd!”
Persoonlijk
“Structuur is erg belangrijk”, gaat Rosan verder. “Daarom houden we voor iedere bewoner een eigen agenda bij. Daarin maken we samen een overzicht van de activiteiten waaraan iemand wil deelnemen. We noteren ook de afspraken met de zorgverleners. We kijken daarbij heel goed naar wat iemand wil en aankan. Dat lukt ons, omdat mensen hier vaak langere tijd wonen. We kennen de bewoner. We weten wat iemand fijn vindt en welke benadering het beste past. Bij de ene persoon bouw je dan wat meer rustmomenten in. Een ander heeft juist baat bij een wat drukker programma.”
Familie
De meeste mensen gaan op relatief jonge leeftijd al wonen op de NAH-afdeling van Vivent. Rosan: “Vaak met 50 tot 60 jaar. Zij stonden voor hun hersenletsel nog midden in het leven, met een baan en thuiswonende kinderen. Dus niet alleen voor de bewoner, maar ook voor de naasten verandert er ineens heel veel. Hun leven staat op zijn kop. We vinden het dan ook belangrijk dat zij zich altijd welkom voelen als ze hun partner of vader of moeder komen bezoeken. En we staan hen met raad en daad terzijde. Met advies hoe ze het beste om kunnen gaan met de situatie. Maar ook door hen, als ze dat willen, in contact te brengen met de psycholoog of geestelijk verzorger. Daarnaast organiseren we familieavonden en werken we aan een nah-praatgroep voor de partners van cliënten. Ook zij staan er zeker niet alleen voor!”